Vlucka in Kapellen vult het aanbod van het plaatselijk asielcentrum aan met warmte
Vlucka is een vzw die werd opgericht in de periode dat het asielcentrum van Fedasil in Kapellen werd geopend (1999). Onlangs is dus het vijfentwintigjarig jubileum gevierd. De organisatie werd opgericht door buurtbewoners om op een positieve manier de acceptatie van het asielcentrum in de buurt te bevorderen, en om een duidelijk signaal van verwelkoming te geven aan de bewoners.
Vlucka organiseert en faciliteert het werk van een honderdtal vrijwilligers uit de buurt in het asielcentrum. Redenen genoeg om eens kennis te maken! Lees je mee?
Wat doen jullie zoal?
De activiteiten van Vlucka voegen 'warme oplossingen' toe aan het aanbod (“bad – bed – brood”) dat Fedasil kan bieden aan de bewoners.
“Er is hulp bij huiswerk voor de kinderen, taallessen en conversatie uurtjes, voorleessessies voor kinderen (uit Nederlandstalige boeken), een naaiatelier voor bewoners, een fietsatelier dat bewoners fietsen uit donaties verschaft en helpt bij onderhoud, hulp bij het vinden van een eigen woning, organisatie van een buddysysteem waarin mensen uit de buurt een asielzoeker begeleiden bij de integratie. Verder wordt hulp verleend bij speciale activiteiten, zoals bezoeken van de lokale scholen aan het asielcentrum, open dagen voor de buurt, een vrouwendag, begeleiding van jonge moeders, filmvertoningen en andere sociale activiteiten.
De doelgroep van Vlucka zijn de bewoners van het asielcentrum. Het centrum in Kapellen heeft een capaciteit voor ongeveer 450 personen, waaronder een belangrijke groep niet-begeleide alleenstaande minderjarigen. Vele bewoners hebben gezinnen met kinderen. Via het systeem van buddy's wordt ook hulp en ondersteuning gegeven aan bewoners die het centrum hebben verlaten en zelfstandig wonen.”
Wat hebben mensen in armoedesituaties eraan?
“De bewoners van het opvangcentrum staan voor een gigantische opdracht. Zij moeten niet alleen met een minimum aan middelen rondkomen om zichzelf en hun gezin te onderhouden, maar ze moeten ook integreren in een vreemde cultuur en maatschappij, de taal leren, werk of opleiding vinden en zich voorbereiden om zelfstandig te wonen. In veel gevallen dragen ze de sporen in zich van de extreme situaties die ze pas zijn ontvlucht en hebben ze een traumatische reis achter de rug. Een voorbeeld: een vader en dochter die onlangs in het centrum zijn toegekomen, hebben alle contact verloren met de moeder van het gezin en de andere zes kinderen. Ze zijn onderweg ook elkaar uit het oog verloren, en werden pas onlangs in Kapellen weer herenigd. Dit soort trauma’s vormt bij veel bewoners de basis van waaruit zij een nieuw leven moeten opbouwen. Dat moeten ze doen vanuit een situatie met minimale privacy (bv. koken en eten in gemeenschappelijke ruimtes), waarin ze samenleven met anderen uit heel verschillende culturen en tradities, en zonder gemeenschappelijke taal.
‘Armoede' is veel meer dan gebrek aan geld. Voor onze doelgroep, de bewoners van het asielcentrum, vertaalt armoede zich ook als een verhoogd niveau van stress. Het is vooral daaraan dat we in het project met Welzijnszorg willen werken.”
Hoe maak je het verschil voor hen?
“De vrijwilligers van Vlucka proberen oplossingen te bieden voor praktische problemen (fietsatelier, naaiatelier), voor problemen van integratie in het onderwijs, problemen met taal en gewoonten, problemen bij het vinden van een eigen woning. Wij hopen daarmee een deel van de stress bij de bewoners te kunnen wegnemen, omdat zij zich gesteund voelen in hun moeilijke weg naar integratie. Tegelijk willen wij hen een hart onder de riem steken, tonen dat mensen over culturele barrières voor elkaar in de bres willen springen.
Onze activiteiten helpen ook om het leven in het centrum te verrijken met sociale interactie, cultuur, ontspanning, opvang voor kinderen.”
Welke steun/hulp heb je aan de projectsteun van Welzijnszorg?
“Als vrijwilligersorganisatie merken wij dagelijks dat er grote behoefte is aan een ruimte waarin men tot rust kan komen, een ruimte waarin overprikkelde kinderen kunnen ontspannen, gezinnen een moment van samenzijn kunnen ervaren en alleenstaande jongeren even kunnen ontsnappen aan groepsdruk. Onze voorleessessies voor gezinnen hebben ons geleerd hoe belangrijk momenten van rust en samenzijn kunnen zijn. Fedasil onderschrijft deze nood maar is financieel beperkt en kan niet tot de realisatie ervan bijdragen. Zij hebben echter wel professionals in dienst die met behulp van een dergelijke ruimte de geestelijke zorg voor de bewoners naar een hoger niveau zouden kunnen tillen. Om die reden zetten wij ons als vrijwilligersorganisatie in voor de realisatie van deze ontspanningsruimte, en het is daarvoor dat we steun van Welzijnszorg hebben ontvangen.
Als vernieuwend concept voor de ontspanningsruimte hebben wij gekozen voor een zogenaamde 'snoezelruimte'.
'Snoezelen', een samentrekking van 'snuffelen' en 'doezelen', en een referentie aan het Engelse 'to snooze' (dutten, sluimeren) is een methode die ontwikkeld is in de zorg voor geestelijk gehandicapten, maar die intussen een veel ruimer werkgebied heeft gevonden. In een snoezelruimte stimuleert men de zintuigen op een gecontroleerde manier. Er wordt met zorg een mengeling aangeboden van stimulansen voor de zintuigen voor gehoor, zicht, gevoel en reuk. In een snoezelruimte wordt een sfeer bepaald door welgekozen verlichting en projectie, geluiden die bij de sfeer passen, tactiel materiaal (bv. knisperend, fluweelzacht, hard-zacht materiaal) en geur.
Afhankelijk van de context kan de sfeer gericht worden op ontspanning en rust, op stimulering en aanwakkeren van ontdekkingszin, op stimulering van het geheugen, bevorderen van een groepsgevoel of op het afreageren van frustraties. Snoezelen is een groepsactiviteit voor een beperkte groep, en stimuleert sociale interacties in een context die vrij is van externe stress.
Een groot voordeel van een snoezelruimte is de aanpasbaarheid van de inrichting aan de omstandigheden, zodat voor diverse problematieken (bv. kinderen die door overstimulatie ADHD-achtig gedrag vertonen, gezinnen die geen gemeenschappelijk gevoel kunnen vinden, alleenstaande minderjarigen die tijd voor zichzelf nodig hebben, geestelijk gehandicapte bewoners) aangepaste omstandigheden kunnen worden geschapen.”
Waar hopen jullie op het komende jaar, wat wensen jullie als organisatie aan de mensen in armoedesituaties toe?
“Binnen dit project hebben wij subsidie gekregen voor de inrichting van de snoezelruimte. Er is hiervoor een geschikt lokaal in het centrum. Die ruimte gaan we nu inrichten, dank zij de steun van Welzijnszorg.
Op maatschappelijk vlak willen wij met dit project mee duidelijk maken dat armoedebestrijding veelomvattender is dan het voorzien in de materiële basisbehoeften.
De stress die voorkomt uit materiële beperkingen, verhindert al te vaak dat mensen met voldoende energie en concentratie kunnen werken aan oplossingen voor hun situatie. Het verhogen van de weerbaarheid en het energieniveau van mensen in penibele situaties, is een niet te onderschatten bijdrage een het oplossen van de armoedeproblematiek. Met ons project willen wij bijdragen aan het verspreiden van deze belangrijke boodschap. In die zin menen wij een belangrijke en originele bijdrage te kunnen leveren aan het werk van Welzijnszorg.”
Hartelijk dank voor dit gesprek, we wensen jullie veel plezier met de snoezelruimte.